woensdag 17 juni 2015

Haiti

Een paar maanden gelden gaf ik me op voor ‘Help Haiti, don’t forget’, een initiatief dat vorig jaar voor het eerst van start ging met mensen van Aruba en Curacao om medische hulp te gaan bieden op Haiti. Vanaf de eerste minuut dat dit mij ter oren kwam wilde ik mee. Helaas viel het team tot 2 keer toe volledig uit elkaar en konden we niet terecht bij de organisatie waar de groep vorig jaar heen geweest was. Na veel over en weer mailen was er een groep bij elkaar van 8 vrijwilligers (later aangevuld tot 11) en hadden we een nieuwe organisatie gevonden, namelijk ‘Mission of hope’.

30-05-15
Vandaag is het dan zover. We vertrekken naar Haiti. Via Insel Air mogen we 3 dozen medicijnen gratis vervoeren, dus alles wat we verzameld hebben kan mee.
Eenmaal door de douane ontmoeten we de rest van het team, 8 mensen van Aruba. We hebben een tussenstop op Sint Maarten, dus in totaal duurt onze reis 4 uur. In het vliegtuig zit ik te lezen in het boek ‘7.0 Hoe ik Haiti overleefde’ dat ik van de schrijver Jean Mentens heb gekregen voor vertrek. Een stewardess ziet dit en vraagt of het een goed boek is. Ze is geïnteresseerd in Haiti, maar ze legt uit dat het nog te vroeg is voor haar. Ze is haar vader verloren die toevallig in Haiti was voor zaken toen de aardbeving plaats vond. 
We naderen Haiti. Uit de lucht kunnen we al goed zien hoeveel sloppenwijken er nog zijn. Golfplaten hutjes, tentdoeken, dicht op elkaar. Op het vliegveld chaos al om en overal mannetjes die je tas willen dragen, karretje willen duwen en dan om geld vragen. Eenmaal buiten merken we hoe verschrikkelijk warm het hier is. We zijn wel wat gewend op Curacao, maar hier lijkt de temperatuur nog hoger te zijn. In een oude gele schoolbus zetten we onze reis voort. Onderweg zijn we allemaal stil. Het is indrukwekkend om te zien hoe het er aan toe gaat in dit land. Overal mensen op straat. Ze proberen wat te verkopen langs de weg. Verder veel hutjes, onafgebouwde huizen, vrouwen die zichzelf en hun kinderen baden in de afwatering langs de weg en vlak daarnaast wast iemand zijn kleren in hetzelfde water. Overal straalt de armoede van af. Op iedere straathoek verwachte ik een ander soort wijk, maar die komt niet. Na bijna een uur rijden komen we bij onze campus. De noord campus van Mission of hope. Het terrein is omheind met hekken en bij de ingang staat een man met een grote shotgun. We stoppen voor een paar huisjes en er springen een vrolijke man en een blij jong meisje de bus in. Buiten staan er nog een stel te zwaaien en te joelen. We worden welkom geheten en de vrolijke man, pastor Dave, dankt God dat hij ons hier gebracht heeft. Hij leert ons ook ons eerst Creoolse woord, Poze. Dat betekend chill of relax.

Klaar voor de reis

Haiti vanuit de lucht


Op weg naar Mission of Hope 





 De hekken rond het kamp met bewaking
 Ons ontvangstcomité pastor Dave en Katelynn

31-05-15
De nacht was onrustig. We slapen met 9 vrouwen in een grote slaapzaal met stapelbedden en die liggen niet echt comfortabel. Vooral door de plastic hoes die om het matras zit. Er zijn twee plafondfans voor de hele slaapzaal en er is bijna geen wind waardoor de nacht warm en zweterig is.
We krijgen een super Amerikaans ontbijt. Oatmeal, cerials met melk, brood met peanutbutter en jelly en granola bars. Keuze genoeg in ieder geval!
Na het ontbijt gaan we naar de main campus. We moeten allemaal in een rok tot over de knie, schouders en rug bedekt, dichte schoenen of sandalen en de mannen een lange broek en dichte schoenen. Op de main campus krijgen we eerst een rondleiding langs alle faciliteiten die ze daar hebben voordat we naar de kerk gaan. Er is een weeshuis, een prostetics lab, een opslagloods met heel veel eten en goederen, een school en beneden aangekomen een kerk, gebouwd in de vorm van een kruis. We gaan naar binnen en er klinkt al muziek. Er staat een groot kruis van pallets in het midden van het podium. Dan komt er een pastoor met een microfoon en begint te zingen / schreeuwen. Het is een beetje overweldigend allemaal. De gemeente valt al snel bij in gezang en gaande weg wordt het drukker en raken er meer mensen in een soort van vervoering. Armen gaan de lucht in, sommige mensen lijken wel in trance, anderen beginnen te huilen. Alles is in het Creools, dus we kunnen het niet echt volgen, maar het is een bijzondere ervaring. Na 2,5 uur stappen we de bus weer in en gaan we terug naar ons kamp.

De slaapzaal

 Prosteticslab

De kerk







01.06.15
Vandaag de eerste dag van de mobile clinic. Een van de teamleden heeft voor iedereen scrubs meegenomen, dus allemaal in vol ornaat aan het ontbijt. Eerst nog wat pillen tellen en daarna in de grote witte truck naar de main campus. Hier worden de spullen en de rest van ons team ingeladen. De pastoor van het dorp spreekt ons met behulp van een tolk toe en bid voor ons. We gaan naar een klein schooltje in het dorpje Leveque. In een van de lokalen is de triage. Daar werd al het verpleegkundig personeel ingedeeld. Ze krijgen allemaal een tolk en moeten aan de hand van een formulier duidelijk krijgen waar mensen voor komen. Veel tienermoeders en kindjes met wormen en huiduitslag. Verder werd lengte, gewicht, bloeddruk en temperatuur opgemeten. Mensen die van de triage komen moeten in de volgende rij wachten tot ze aan de beurt waren voor de dokter en daarna moeten ze in de rij voor de apotheek. Om dit een beetje in goede banen te leiden wijs ik de mensen waar ze heen moeten en zorg ik op dat ze netjes op hun beurt wachten. Mensen moeten lang wachten. Het is bloedheet, dus dit zorgt voor de nodige irritatie. Iedereen vindt zichzelf het belangrijkst, wil vooraan in de rij of steekt een heel verhaal af in het Creools waar ik geen hout van begrijp. Ik voel me een soort politie agent.

Pillen tellen voor de kliniek

In de truck op weg naar de kliniek


De kliniek in Leveque


  Triage

Johan's lab

 Bij de arts


02.06.15
We mogen op het kamp het water niet drinken. Daar kan je erg ziek van worden is ons verteld. Dat blijft zelfs na een paar dagen nog wennen. Je mag het water niet eens gebruiken voor tandenpoetsen, dus je moet steeds je eigen flesje water mee hebbben. Iets wat ik dus steeds vergeet. 
Vandaag zitten we in een kerkje. Bij aankomst zitten er al mensen te wachten.
Daniel, een jongen uit Amerika die op de andere campus verblijft, heeft gisteren tijdens de debrief gehoord dat ik me niet echt nuttig had gevoeld en had overduidelijk medelijden. Hij besluit mijn taak over te nemen en ik kan zijn plek bij de apotheek innemen. Het kerkje is klein en alles is dicht op elkaar. Er mogen daarom maar een beperkt aantal mensen naar binnen. Dat maakt Daniel zijn taak nog saaier en al snel zie ik aan hem dat hij spijt heeft van zijn lieve daad. Ik vermaak me wel goed in de apotheek. Ik help pillen tellen en recepten vullen. 
Na de lunch wil ik even naar de wc. Ik word langs achterliggende huizen geleid waar in een soort wijkje een centrale tent staat. Een vierkante blauwe tent met een gat in de grond waar een betonnen rand omheen gemetseld is. Deze wc-tent is voor het hele dorp. Ik geloof dat ik toch niet zo nodig hoef.
Terug in de kerk zie ik dat Daniel mijn plek weer heeft ingenomen in de apotheek. Groot gelijk heeft hij. Ik loop wat rond om te zien of er nog meer te doen is, maar al snel merk ik dat er nog meer mensen staan toe te kijken. We zijn dus echt met een te groot team. Voorzichtig kaart ik dit aan bij de organisatie en die begrijpen direct wat ik bedoel. Ik geef aan dat ik het ook wel leuk zou vinden om met het andere team mee te gaan de dorpjes in. Kan ik die kant van het werk ook zien en hopelijk is daar meer voor mij te doen.
Na het werk hebben we maar kort de tijd om ons in onze rok te hijsen en te eten, omdat we weer naar main campus gaan voor een kerkdienst. Aan het einde van de dienst komt er een meisje naast me zitten met vlechtjes en lacht naar me. Ik ruik ineens een extreem doordringende soort urinegeur en vraag me af of deze lucht van dit meisje af komt. Wendy vertelt me dat de geur van het haar van het meisje af komt. De niet gewassen vlechtjes geven blijkbaar zo’n geur af. Wendy heeft het in de kliniek meerdere keren geroken en raakt de lucht niet meer kwijt.
In de bus terug ruiken we overal de geur van verbrand plastic.
Terug op het kamp gaan we naar ons vaste plekje aan de rand van het kamp en pastor Dave komt er bij zitten. Hij wil ons plekje wel eens zien. Ik vraag hem naar de geur van het verbrande plastic en hij geeft aan dat het eigenlijk verbrand alles is. Mensen verbranden hier hun afval omdat er geen vuilnisdienst is.
We krijgen bezoek van een vogelspin. Er zitten overal gaten in de grond en Dave verteld dat daar vogelspinnen in zitten. Eentje komt er boven. Het is niet zo’n hele grote, maar voor ons al een enorm beest! Hij zit de hele avond netjes stil bij ons bankje. We noemen hem Jean Pierre.

Mensen staan al te wachten als we aankomen

De kliniek in de kerk van Leveque


Werken in de apotheek

 Bloeddruk meten

De wc van Leveque

Avondeten


Onze nieuwe vriend Jean Piere 
 
 Ons vaste stekkie

03.06.15
Vandaag ga ik met de andere groep mee. Na het ontbijt vertrekken we in een grote truck volgeladen met gereedschap. Aan de poort de man met de shotgun. Inmiddels weten we dat het kamp dag en nacht bewaakt wordt door deze mannen. Lieve mannen met een angstaanjagende shotgun. Mijn favoriet is Jean Baptiste. Een zeer donkere man met een bijna kinderlijk ontwapenende glimlach. We gaan naar Ti Lagonov. Ti staat voor klein. Vlakbij ligt het eiland Lagonov en Ti Lagonov is dus klein Lagonov. Een klein dorpje, wat hoger gelegen. Onderweg halen we bij de village champion Kadesh de bomen op die we gaan planten. De village champion is de contactpersoon tussen het dorp en Mission of Hope. Hij kan goed inschatten wat er nodig is in de dorpen omdat hij midden tussen de bevolking woont. Van Mission of Hope krijgt dit dorp 19 kleine bomen die gedoneerd zijn door mensen en wij gaan deze planten samen met de bevolking. Aangekomen bij de kerk worden we ontvangen door de pastoor. De kerk bestaat uit gevlochten bladeren en dient door de week als schooltje. De pastoor heeft de bomen onder de gezinnen verdeeld en in 2 groepen gaan wij met de mensen mee om te helpen met planten van de bomen. De huisjes van de mensen bestaan uit wat stenen, golfplaten, zeilen en gevlochten bladeren. Veel hebben ze niet, maar ze zien er wel happy uit. De mensen kiezen zelf een plek uit waar de boom moet komen te staan, met wat adviezen over schaduw, zon en regen van ons. 
Na het eten gaan we naar Misaye waar 4 geiten op ons staan te wachten. Onderweg pikken we nog even een solar lamp op die het dorp ook zal krijgen. Aangekomen rennen de kindertjes op ons af. Bijna allemaal komen we met een kindje in onze armen bij de kerk aan. Deze kerk is nog in aanbouw. Er staat alleen een geraamte van hout met een zeiltje er over. De inwoners hebben zich verzamelden er volgt een heuse ceremonie. De gezinnen die de geiten ontvangen moeten een contract tekenen. Ze moeten goed voor de geiten zorgen en er mee fokken. De eerste twee geboren geitjes moeten ze dan weer terug geven aan Mission of Hope zodat deze naar een ander gezin kunnen gaan. De village champion legt het allemaal uit. Dan wordt de lamp gegeven met uitleg. Daarna spelen we wat met de kinderen van het dorp en vertrekken we naar een stuk verderop aan de rivier. We gaan de river walk doen. We steken de rivier over. Er  staat flinke stroming, dus we moeten goed oppassen. Er voegen zich meer kinderen bij ons. Hand in hand lopen we langs de rivier. Bon joe! Goede dag! Bon swa! Goede middag / avond! Koman ou ye? Hoe gaat het? Ki la gjoe? Hoe oud ben je? Zover kom ik in het Creools. Het is een mooie wandeling en we eindigen weer in het dorpje waar we vandaan kwamen.

 Jean Baptiste onze bewaker

 Huisje in Ti Lagonov



 Bomen planten




  Geiten weg geven




 
 De river walk




04.06.14
Vandaag is het een nationale feestdag, dus we mogen niet werken en is voor ons het programma omgegooid. We gaan naar het strand.
Het is een groot contrast van de armoede naar de rijkdom. We hebben voor deze dag ook al onze vertalers van de kliniek uitgenodigd. In het begin twijfelen we over of ze zich wel vermaken, maar al snel voegen ze zich bij ons en hebben we leuke gesprekken met elkaar. Een aantal vertalers vertellen hun verhaal. Kensley zag zijn vrouw bij hem weg gaan, verloor zijn 2 jarig dochtertje door ziekte en verloor nog meer familieleden door de aardbeving. Toch staat hij nog positief in het leven. Ze hebben allemaal trieste verhalen maar hebben hun geloof in God wat hen op de been houdt. Op de weg terug rijden we de armoede weer in en worden we allemaal steeds stiller.



05.06.15
De laatste dag breekt aan. Nog een dag in de kliniek werken. We vertrekken naar een kerkje in Bercy, vlakbij ons kamp. Het is een grote ruimte en het is er lekker licht. De rij begint te vormen. Het is bij de apotheek behoorlijk druk, dus ik ga daar helpen. Iemand komt op het idee om voor de kinderen een handschoen op te blazen en dat is een groot succes. De ‘ballonnen’ vliegen door de kerk. De pastoor bedankt ons voor het helpen in zijn land en voor de tijd en het geld dat we in dit project gestoken hebben.
Omdat we redelijk vroeg klaar zijn gaan we nog even mee naar de main campus voor een rondleiding door de kliniek daar. Chris geeft ons een rondleiding en we zijn onder de indruk van wat ze allemaal al hebben. Een spoedeisende hulp, oog afdeling, tandheelkunde, een apotheek en een prostetics lab.

De kliniek de kerk van Bercy




Dankwoord van de pastoor

 Het gehele team
  
06.06.15
Vandaag gaan we terug. Voordat wij vertrekken komen de volgende groepen al aan. Zoveel mensen! Wat hebben wij dan een geluk gehad dat we maar met zo’n klein clubje hier konden zijn deze week.
Als we in de bus stappen komt pastor Dave ons gedag zeggen. Zowel zij als wij hebben een bijzondere week gehad. Ze hebben bij deze organisatie meestal Amerikaanse vrijwilligers en voor hen moet het even wennen geweest zijn aan deze groep Nederlanders en Arubanen. Wij moesten op onze beurt weer wennen aan het over de top Amerikaanse van dit kamp. Maar we hebben veel waardering gekregen voor de mensen en voor het werk wat ze doen.
We hebben deze week 540 mensen kunnen helpen in de kliniek en dat was een bijzondere ervaring.
Het ontmoeten van de mensen in de dorpen was ook heel mooi. Het zet alles weer even in een ander perspectief.

 Uitzicht vanaf ons kamp



 De grote broer van Jean Piere die wij toch iets minder leuk vonden

 Ons verblijf

Prachtig Haiti bij zonsopgang

Heel erg bedankt voor alle donaties, steun en lieve woorden. We hebben een paar dorpjes in Haiti, een land waar nog zo veel hulp nodig is, een klein stukje verder kunnen helpen.